Hoe werkt het testen van apps?
Een dagje uit plannen, een berichtje sturen of een melding maken bij de gemeente: steeds vaker moeten we bepaalde mobiele applicaties (apps) voor iOS of Android gebruiken. Ook apps moeten volgens de wet digitaal toegankelijk zijn en hier komt steeds meer aandacht voor. In dit artikel lees je hoe wij een app testen op digitale toegankelijkheid.
Net als websites testen we apps aan de hand van de Web Content Accessibility Guidelines (WCAG). Voor apps geldt in de meeste gevallen hetzelfde als voor websites. Sommige succescriteria zijn echter niet van toepassing op apps. Daarom testen we apps op 44 succescriteria.
Steekproef maken
Bijna elk toegankelijkheidsonderzoek begint met het maken van een steekproef. De meeste websites en apps zijn te groot om alles te onderzoeken. Dat is meestal ook niet nodig. Door een goede steekproef te maken, zorgt een onderzoeker ervoor dat alle verschillende soorten content en techniek goed onderzocht kunnen worden.
Waar we het bij het testen van websites over pagina’s hebben, hebben we het in apps meestal over schermen. Het is soms best lastig om goed aan te geven over welk scherm een opmerking precies gaat. Bij websites kun je meestal de URL gebruiken, maar dat werkt bij apps niet.
Eén van de processen die in ieder geval altijd wordt meegenomen is de onboarding. Dit is het proces waar een gebruiker doorheen gaat als die de app voor het eerst opent. Vaak krijgt iemand hier uitleg over hoe de app werkt en kunnen sommige instellingen alvast aangepast worden. Als de gebruiker niet door dit proces heen komt, maakt de toegankelijkheid van de rest van de app namelijk niets meer uit. Daar komt iemand dan nooit terecht! Vergelijk het met een ontoegankelijke cookiemelding op een website: als die de site blokkeert, is het onmogelijk om de rest van de website nog te gebruiken.
De app testen
Na het maken van de steekproef is het tijd om te beginnen met het testen van de app. We kijken dan naar de verschillende schermen van de app op basis van de steekproef die we hebben gemaakt. Deze onderzoeken we dan aan de hand van de WCAG.
Beeld en geluid
Meestal kijken we eerst of er een videospeler in de app zit. Een video, animatie of geluidsfragment in een app moet aan dezelfde regels voldoen als een website. Dit betekent vooral dat er goede ondertiteling en audiodescriptie moet zijn. Dit zorgt ervoor dat gebruikers die het geluid niet goed kunnen horen of het scherm niet goed kunnen zien toch alle informatie in de video meekrijgen.
Kleur en tekst
Na het beoordelen van de videospeler kijken we naar de kleur en de tekst in de app. We kijken bijvoorbeeld of tekst en iconen genoeg contrast hebben met de achtergrond. Ook kijken we of de taal van de app goed is ingesteld. Zo kan voorleessoftware, zoals TalkBack en VoiceOver, de teksten op een verstaanbare manier uitspreken.
We kijken ook of we de tekstgrootte van de app aan kunnen passen. In sommige apps zit een apart mechanisme om letters te vergroten. Als dit niet zo is, dan moet de tekstgrootte van de app die van het besturingssysteem volgen. Als we de tekstgrootte in iOS of Android aanpassen, moet dus de tekst in de app ook van formaat veranderen. Zo kunnen gebruikers met een voorkeur of noodzaak voor grotere tekst de app ook goed gebruiken.
Bediening van de app testen
Het volgende deel van het onderzoek komt vooral neer op praktisch testen. We testen of de app ook te bedienen is met een toetsenbordinterface. Om dit te onderzoeken, sluiten we een toetsenbord op het testtoestel aan en proberen we daarmee de app te bedienen.
We kijken bijvoorbeeld of de toetsenbordfocus (goed) zichtbaar is. In zowel iOS als Android is de standaard toetsenbordfocus vaak slecht zichtbaar. Hierdoor is het in de praktijk soms lastig om dit goed te testen.
We kijken ook of de applicatie in het gebruik afhankelijk is van complexe bewegingen, zoals swipen in een bepaalde richting. Niet alle gebruikers zijn fysiek in staat om complexe gebaren op een aanraakscherm uit te voeren. Dit moet dus apart getest worden op elk scherm.
Het is belangrijk om met deze test géén gebruik te maken van voorleessoftware, omdat die niet gebruik maakt van de toetsenbordinterface. De reden hiervoor is dat er ook gebruikers zijn met een motorische beperking die geen gebruik maken van een screenreader.
App testen met een screenreader
Tot slot testen we de app met voorleessoftware, ook wel een screenreader genoemd. We gebruiken hiervoor VoiceOver en TalkBack. Het is best intensief om langdurig geconcentreerd naar een screenreader te luisteren. Daarom zetten we hierbij vaak ook de ‘ondertiteling’ van de screenreader aan. Zo kunnen we ook lezen wat de hulpsoftware op dat moment precies probeert over te brengen. Dit is handig om te zien wat er precies mis gaat en hoe het op te lossen is.
Met een screenreader aan onderzoeken we verschillende onderdelen van de app. We testen bijvoorbeeld of afbeeldingen tekstalternatieven hebben. Daarnaast kijken we of alle visuele informatie, zoals koppen en lijsten, ook beschikbaar is voor gebruikers van hulpsoftware. Verder onderzoeken we of de leesvolgorde van de screenreader logisch is.
Tot slot kijken we of er goede namen en rollen gebruikt zijn bij interactieve onderdelen. Als dit niet goed gedaan is, is het voor gebruikers met een screenreader namelijk heel lastig om te bepalen wat ze allemaal precies kunnen doen in de app.
Jouw app testen
Het heeft allerlei voordelen om apps digitaal toegankelijk te maken! De app laten onderzoeken geeft je een goed beeld van welke toegankelijkheidsproblemen er nog zijn en hoe je het oplossen hiervan kan aanpakken.
Wil jij een app laten onderzoeken op digitale toegankelijkheid? Neem dan contact met ons op. Of lees eerst meer over digitaal toegankelijke apps en onze onderzoeken.
Meer over toegankelijke apps